Even voorstellen: Rik de Groot en Els Arends
23-2-2022 | Alles wat het NCE publiceert, moet geschreven worden. Twee redacteuren staan het NCE daar sinds het allereerste begin in bij. Rik de Groot heeft duizenden bladzijdes lesstof geredigeerd, met het doel de technische informatie van de vakboeken zo begrijpelijk mogelijk te presenteren en foutjes en slordigheidjes weg te poetsen. . Els Arends verzorgt de teksten voor website, nieuwsbrieven (55 inmiddels) en de social media.
Wat hebben jullie met restauratie, erfgoed en onderwijs?
Rik: In 1987 kochten mijn vrouw en ik een oude, behoorlijk vervallen boerderij in het Rivierengebied. In de afgelopen 35 jaar heb ik veel ervaring opgedaan met zo’n beetje alles wat je bij een historisch pand aan vreugde en ellende kunt tegenkomen. Vanaf 2000 ben ik als freelancer gaan werken voor diverse monumentenwachten. Daardoor zijn mijn interesse in en kennis van erfgoed en restaureren sterk toegenomen. Ook door mijn werk voor het NCE kijk ik met steeds meer plezier en ‘deskundigheid’ naar erfgoed in binnen- en buitenland.
Els: Ik heb kunstgeschiedenis gestudeerd, dus architectuurgeschiedenis was wel bekend. Na omzwervingen in andere branches ben ik me gaan richten op communicatie en ben ik gaan werken bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (of eigenlijk de voorganger daarvan). Ons erfgoed is overal om ons heen en het is leuk om mensen daarvan bewust te maken. Van de schoonheid, de waarde voor de leefomgeving en alles wat erbij komt kijken om het in stand te houden. Dan kom je vanzelf op restauratie. Zo’n mooi vak om over te schrijven vanwege de boeiende technische aspecten en de mensen die in de restauratie werken.
Hoe vullen jullie de rol van redacteur vakboeken en redacteur digitale communicatie voor de NCE-opleidingen in?
Rik: Ik redigeer de conceptteksten die de diverse auteurs aanleveren voor de vakboeken. Het belangrijkste daarbij vind ik dat de uiteindelijke teksten goed te begrijpen zijn. Auteurs zitten soms zo diep in de materie, dat ze bepaalde kennis en gedachtesprongen onbewust als bekend en logisch veronderstellen. Ik doe alsof ik student ben en alles wat er staat, wil snappen. Zonder telkens heen en weer te hoeven bladeren of aanvullende bronnen te raadplegen. Waar nodig bouw ik teksten om, zodat ze makkelijker te verteren zijn. Daarnaast trek ik allerlei cosmetische dingetjes glad. Het is mooi, maar soms ook weerbarstig werk. Het aangepaste manuscript gaat met diverse, ik vrees soms best irritante vragen en opmerkingen van mij, terug naar de auteur. Die handelt het verder af, eventueel in overleg met Klaas Boeder (kwaliteitsbewaker en auteur van lesstof, red.).
Els: Voor de nieuwsbrief van het NCE interview ik veel vaklieden en directeuren/bedrijfsleiders van restauratiebedrijven, over hun visie op het restauratievak en waarom zij graag investeren in hun vakkennis. Vaak komt ook ter sprake hoe iemand in het restauratievak is gerold. Dat is iedere keer weer inspirerend om te horen. Verder hou ik in overleg met de NCE-collega’s alle informatie op de website over onze opleidingen up-to-date en ondersteun ik de wervingscampagnes voor de opleidingen met speciale nieuwsbrieven gericht op specifieke ambachten en berichten op de social media.
Geef je zelf ook les?
Rik: Nee. Wel gedaan in een ver verleden. De didactische kennis en ervaring – ook vanuit de lerarenopleiding die ik in 1983 heb afgerond – komen me vaak goed van pas.
Els: Nee. Ooit gaf ik wel rondleidingen in musea voor beeldende kunst. Het leukste daaraan is als je door over kunstwerken te vertellen ziet dat mensen iets gaan zien. Dat is bij het restauratievakmanschap ook belangrijk. Zoals collega Joop Jansen zegt: “Als je kijkt, moet je wel iets zien.”
Wat doe je naast je werk voor het NCE nog meer?
Rik: Tot voor kort werkte ik voor diverse opdrachtgevers binnen en buiten de erfgoedwereld. Nieuwsbrieven en brochures maken, content schrijven voor websites, publicaties redigeren. Meestal over techniek of cultuur. Omdat ik wil afbouwen (bijna 65), doe ik er nu alleen nog kleinschalig (vrijwilligers)werk bij.
Els: Naast mijn werk voor het NCE verzorg ik voor het Nationaal Restauratie Centrum, de Vakgroep Restauratie, de Vereniging Restauratie Steenhouwers en Burgy Bouwbedrijf de berichten op de website en social media. Daarnaast schrijf ik incidenteel artikelen voor diverse erfgoed- en vaktijdschriften.
Heb je naast erfgoed nog andere interesses?
Rik: Veel te veel. De belangrijkste zijn tuinieren, klussen, opknappen, hardlopen, muziek, (bouw)kunst, hoogstamfruit, vreemde talen en zwerven door Zuid-Europa.
Els: Beeldende kunst blijft me altijd trekken, ik ga heel graag naar musea. In het buitenland stap ik ieder kerkje binnen. Verder verdiep ik me sinds een tijdje in de kleine biotoop van onze tuin, heel leuk om te zien hoe de vogels, veldmuizen, egels en insecten met elkaar leven en hoe planten komen aanwaaien als je ze de kans geeft en niet wiedt. En ik wandel graag met onze hond Bowie.
Kijk bij contact om te zien wie welke opleiding coördineert: Contact.