NCE en NRC bundelen de krachten
21-12-2022 | Per 1 januari 2023 vormen het Nationaal Centrum Erfgoedopleidingen (NCE) en het Nationaal Restauratie Centrum (NRC) een bestuurlijke unie. Hoewel NCE nog maar 6 jaar bestaat, is het inmiddels een niet meer weg te denken speler in het opleidingsveld voor de erfgoedbranches. Het NRC is een gevestigde naam in de erfgoedsector en organiseert al 34 jaar korte bij- en nascholingscursussen. NCE en NRC behouden ieder hun eigen identiteit in de samenwerking. Om dit te onderstrepen, hebben beiden een eigen voorzitter. Bij het NCE volgt Simon Angel (rechts) Wim van der Maas op. Boudewijn de Bont (links) zet zijn voorzitterschap bij het NRC voort.
Na zich jarenlang met hart en ziel te hebben ingezet, gaan bestuurders Wim van der Maas, Harry Klunder en Hans Götz NCE en NRC verlaten. We willen hen enorm bedanken voor al hun inspanningen en betrokkenheid voor de beide stichtingen.
In het gezamenlijke bestuur van NCE en NRC nemen naast Simon en Boudewijn verder Ernst van der Grijp (Monumentenwacht Gelderland), Martin van Bleek (Gelders Genootschap), Martin Veerman (Jurriëns BV) en Erik-Jan Brans (Rothuizen Architecten) zitting.
Hoe is het idee voor een bestuurlijke unie tussen NRC en NCE ontstaan?
Boudewijn: De aanleiding voor de bestuurlijke unie ligt in het besef dat de doelstellingen van het NRC en het NCE nauw op elkaar aansluiten. Er is overlap in de doelgroep, lesstof en docenten. Dat gaf stof tot nadenken over hoe we elkaar kunnen versterken. Bij alles wat we doen, stellen we het belang van de student en cursist centraal. De erfgoedsector is een relatief kleine sector, we willen versnippering tegengaan en zo efficiënt mogelijk bijscholing en opleiding organiseren. Vanuit die overtuiging ligt samenwerking tussen NRC en NCE voor de hand, maar wel met behoud van de eigen identiteit en dus ieder met een eigen voorzitter.
Hoe ga je je rol als voorzitter van het NCE invullen?
Simon: De afgelopen jaren is er door veel toewijding van mensen een prachtige organisatie neergezet. Daar mag met gepaste trots naar gekeken worden. Ik heb het gevoel dat ik in een rijdende trein stap en dat ik bijdragen mag en kan leveren aan het vervolgen van die reis. Komende maanden gaan we een wederzijdse verdere verkenning in, de ideeën komen dan vanzelf. Ik zie uit naar de samenwerking met Boudewijn, die diep geworteld is in de erfgoed- en restauratiesector. Ik zie mezelf als een frisse buitenstaander. We kunnen elkaar inspireren en versterken. Ik wil me inzetten voor het vergroten van het inzicht in het belang van erfgoed en de trots van de vakman en die passie, die betovering overdraagbaar te maken.
Boudewijn: De restauratie is een prachtig vak. Restauratievaklieden bezitten unieke kennis, die is geconcentreerd in een kleine groep mensen. Er zijn specialismen waarvan in ons land maar enkele tientallen mensen het vak beheersen. We zetten er maximaal op in om deze kennis te behouden. Ik wil de komende een à twee jaar gaan sturen op synergie en maximaal benutten van de kennis van de mensen, die voor beide organisaties werken.
Wat heb je met erfgoed, restauratie en onderwijs?
Simon: Rode draad in mijn ondernemerschap is dat ik organisaties en mensen ondersteun bij hun groei. Ik heb daarin verschillende rollen: docent, coach, adviseur, collega, partner. Ik ben als docent aan verschillende instituten verbonden geweest. Daarnaast was mijn samenwerking met Debie&Verkuijl en het voorzitterschap bij de Vereniging van Erfgoedhoveniers een enorme katalysator, die de aandacht en liefde voor erfgoed heeft aangewakkerd. De verbinding tussen verschillende contexten vind ik boeiend. Zo benader ik het restauratieonderwijs met al zijn verschillende vakgebieden en het erfgoed, waar vele urgente opgaven liggen, ook. Mensen zijn gewend vanuit hun eigen kader te kijken, maar buiten de kaders zijn verrassende oplossingen te vinden en samenwerkingen, die een nieuwe kracht kunnen opleveren. Dan komen er meer kansen in beeld. Goed restauratieonderwijs is een voorwaarde om tot oplossingen te komen voor de uitdagingen waar het erfgoed mee te maken heeft.
Wat doe je in je dagelijkse professionele leven?
Simon: Ik ben als zelfstandig ondernemer actief op drie gebieden. De eerste is organisatieontwikkeling. Bij verschillende ministeries train ik ambtenaren op thema’s als leiderschap en diplomatie en omgevingsdiensten help ik met het invoeren van de nieuwe Omgevingswet en de cultuurverandering, die daarbij komt kijken. Het tweede gebied is de mode- en textielbranche. Twee keer per jaar organiseer ik als curator tentoonstellingen over nieuwe ontwikkelingen in de textielsector. De mode is een van de meest vervuilende industrieën en er zijn veel misstanden. Iedere verbetering heeft door de omvang van de mode-industrie direct een grote impact. Duurzaamheid, waardigheid en waarachtigheid zijn rode draden in mijn werk, die aspecten moeten erin zitten. Daarom geloof ik ook in erfgoed, het derde gebied waar ik mij mee bezighoud.
Boudewijn: Ik ben directeur bij Aannemingsbedrijf Nico de Bont, waar ik inmiddels 30 jaar werk. Na de HTS-bouwkunde heb ik aan de TU bouwkunde en bedrijfskunde gestudeerd. Bij Nico de Bont werken we aan het restaureren, herbestemmen en verduurzamen van monumentaal vastgoed. Voor behoud van monumenten is belangrijk dat ze goed gebruikt worden, dat wil zeggen, dat ze een passende functie krijgen en dat de exploitatie kloppend te krijgen is. Daar hoort verduurzamen bij, dit heeft de laatste jaren een enorme vlucht genomen. Verder ben ik sinds afgelopen zomer lid van de Raad van Toezicht van het Nationaal Restauratiefonds.
Heb je naast erfgoed nog andere interesses?
Simon: Er is niets boeienders dan oud en nieuw, verleden en toekomst met elkaar verbinden. Dat interesseert me enorm. We leven in zo’n spannende tijd. Er vindt een mentaliteitsverschuiving plaats tussen generaties. Ontwikkelingen gaan nu heel snel en liggen erg gevoelig. Hoe borgen we kwaliteit voor toekomstige generaties, wereldwijd en lokaal, in het algemeen en op specifieke onderwerpen? Daar ben ik graag mee bezig.
Boudewijn: Ik houd erg van de natuur en ben verknocht aan de Waddenzee. Verder ben ik geïnteresseerd in geschiedenis en houd ik van klassieke muziek. De schoonheid en kwetsbaarheid van de natuur is er overigens de reden van dat ik duurzaamheid zo belangrijk vind, zowel thuis als in het bedrijf. Als bouwers kunnen we bijvoorbeeld enorme impact maken als het gaat om het terugdringen van de CO2-uitstoot en graag zet ik me daarvoor in.